Paarse morgenster, ook bekend als haverwortel, is een veelzijdige eetbare plant die zowel in de moestuin als in het veld zijn plaats verdient. Ze houdt van zonlicht, vocht en voedselrijke grond. Al sinds de oudheid wordt hij in het Middellandse Zeegebied gegeten en is later in onze streken geïntroduceerd. De wortel, die je kunt bereiden zoals schorseneren maar niet hoeft te schillen, is een ware delicatesse.

Het eerste jaar blijft de plant laag, maar in het tweede jaar schiet de stengel omhoog en bereikt hij een hoogte tot 120 cm. Van april tot juni bloeit hij met prachtige paarse bloemen die zich ’s ochtends openen en ’s middags weer sluiten. Het open bloemhart trekt tal van bijen, zweefvliegen en kevers aan.

Niet alleen de wortels zijn eetbaar; ook de bloemknoppen en bloemblaadjes kunnen in de keuken worden gebruikt. Na de bloei blijven de grote pluizenbollen met zaden een decoratieve meerwaarde in de tuin, terwijl vogels er dol op zijn.

De wortels oogst je vanaf de herfst, bij voorkeur na de eerste vorst – dit komt de smaak ten goede. Tragopogon porrifolius, een heerlijke wintergroente die je tuin ook in de koudere maanden van oogst voorziet!